173224 | 08.11.2001 BBHR betr. de invoering van de euro in de wetgevende teksten van kracht in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest inzonderheid op het vlak van het leefmilieu
Min.-Voorzitter van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, bevoegd voor Plaatselijke Besturen, Ruimtelijke Ordening, Monumenten en Landschappen, Stadsvernieuwingen en Wetenschappelijk Onderzoek, DE DONNEA François-Xavier
Min. belast met Leefmilieu en Waterbeleid, Natuurbehoud, Openbare Netheid en Buitenlandse Handel van het Brusselse Hoofdstedelijk Gewest, GOSUIN Didier

BS 2001-12-04, (2e uitg.)

De regelgevende overheid zal de in BEF uitgedrukte bedragen die in de Brusselse regelgeving voorkomen niet hoeven te vervangen door hun equivalent maar dit zal krachtens het beginsel van de juridische continuïteit vervat in de Europese verordening nr. 974/98 van 03.05.1998 van de Raad automatisch gebeuren op datum van 01.01.2002.
Het is nodig om voor deze datum in het Belgisch Staatsblad tot herpublicatie over te gaan van bedragen die voorkomen in ordonnanties, besluiten, verordeningen en omzendbrieven die in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest van kracht zijn, indien hun omzetting niet volgens de gebruikelijke omrekeningsformule gebeurt.
Om redenen van transparantie heeft de Raad van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest via een ordonnantie beslist om de conversieregels toe te passen die vervat zijn in het document 'de krachtlijnen voor de overgang van de overheidsbesturen naar de euro' dat ter advies werd voorgelegd aan het College van Secretarissen-generaal en waarin ook vertegenwoordigers van de Gemeenschappen en de Gewesten zijn opgenomen. Hieruit volgt dat de omzetting van belgische frank naar euro in sommige Brusselse regelgevingen met betrekking tot het Leefmilieu zeer dringend dient geregeld te worden om deze transparantie te behouden.
Volgende reglementaire bepalingen worden gewijzigd:

  • aanpassing van de ordonnantie van 07.03.1991 betreffende de preventie en het beheer van afvalstoffen (art. 22, par. 1 en 2; art. 23, par. 1 en 2; art. 23bis; art. 24, par. 1, art. 26, par. 1, 2 en 3; art. 27; art. 4; art. 6, par. 1, 2 en 3, lid 3);
  • aanpassing van de ordonnantie van 29.08.1991 betreffende de bescherming van de wilde fauna en betreffende de jacht (art. 4; art. 6, par. 1, 2 en 3, lid 3);
  • aanpassing van de ordonnantie van 30.03.1995 betreffende het Bezoeken van de Bossen in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest (art. 5, afd. 1, lid 1, afd. 2, lid 1, 2, 3 en 4, afd. 3 en afd. 4, lid 1 en 2);
  • aanpassing van de ordonnantie van 27.04.1995 betreffende het behoud en de bescherming van de natuur (art. 42);
  • aanpassing van de ordonnantie van 29.03.1996 tot instelling van een heffing op de lozing van afvalwater (art. 8, lid 1; art. 11, par. 1, 2° en 3°; art. 13, par.1; art. 39; art. 40; art. 41);
  • aanpassing van de ordonnantie van 05.06.1997 betreffende de milieuvergunningen (art. 96, par. 1 en 2, lid 1 en 2; art. 100, par. 1, 1°, 2°, 3°, 4° en 5°);
  • aanpassing van de ordonnantie van 17.07.1997 betreffende de strijd tegen geluidshinder in een stedelijke omgeving (art. 20);
  • aanpassing van de ordonnantie van 25.03.1999 betreffende de opsporing, de vaststelling, de vervolging en de bestraffing van misdrijven inzake leefmilieu ( art. 23; art. 32; art. 33; art. 41);
  • aanpassing van de ordonnantie van 25.03.1999 betreffende de beoordeling en de verbetering van de luchtkwaliteit (art. 23);
  • aanpassing van de ordonnantie van 22.04.1999 betreffende het voorkomen en het beheer van afval van produkten in papier en/of karton (art. 9, lid 2; art. 12, lid 1);
  • aanpassing van het BBHE 25.10.1990 inzake erkenning en subsidiëring van natuurreservaten (art. 19, lid 2; art. 20);
  • aanpassing van het BBHE 21.01.1991 tot organisatie van het jachtexamen in het Brusselse Hoofdstedelijk Gewest (art. 7, lid 5);
  • aanpassing van het BBHE 03.06.1993 betreffende het Milieucollege (art. art. 12);
  • aanpassing van het BBHR 09.12.1993 betreffende de inrichtingen die activiteiten verrichten waarbij pathogene of genetisch gemodificeerde micro-organismen worden aangewend (art. 17, par. 1, 1°, 2°, 3° en 4°);
  • aanpassing van het BBHR 17.03.1994 betreffende het toekennen van toelagen aan de gemeenten om opdrachten uit te voeren bedoeld in de ordonnantie van 30.07.1992 betreffende de milieuvergunning (art. 2);
  • aanpassing van het BBHR 07.11.1996 tot bepaling van de voorwaarden voor de toepassing van de heffing op de lozing van afvalwater (art. 48, lid 2);
  • aanpassing van het BBHR 29.01.1998 betreffende de erkenning van de opdrachthouder voor de effectenstudies (art. 4);
  • aanpassing van het BBHR 03.12.1998.

    nvdr: De Ordonnantie 29.03.1996 tot instelling van een heffing op de lozing van afvalwater wordt opgeheven door de ordonnantie 20.10.2006 tot opstelling van een kader voor het waterbeleid (zie doc. nr. 213828). De Regering kan evenwel besluiten dat de art. 15 tot 21 van die ordonnantie van kracht blijven in de mate dat dit nodig is om rekening te houden met de vervuiling van geloosd afvalwater voor de bepaling van de waterprijs en de saneringsdiensten.

    nvdr: De ordonnantie 29.08.1991 betreffende de bescherming van de wilde fauna en betreffende de jacht werd opgeheven door de ordonnantie 01.03.2012 betreffende het natuurbehoud (zie doc. nr. 264118).

    nvdr: De ordonnantie 27.04.1995 betreffende het behoud en de bescherming van de natuur werd opgeheven door de ordonnantie 01.03.2012 betreffende het natuurbehoud (zie doc. nr. 264118). De besluiten genomen in toepassing van art. 3, 4, 6, 17 tot 20, 31, 34, 35 en 38 van deze ordonnantie 27.04.1995 blijven van toepassing.

    nvdr: De ordonnantie 25.03.1999 betreffende de beoordeling en de verbetering van de luchtkwaliteit wordt op 31.05.2013 opgeheven door de ordonnantie 02.05.2013 houdende het Brussels Wetboek van Lucht, Klimaat en Energiebeheersing [ BWLKE ] (zie doc. nr. 273916).