De maandelijkse juridische nieuwsbrief van Vlaamse Polders en Wateringen brengt
U op de hoogte van alle verschenen juridische nieuwigheden van de afgelopen
maand inzake leefmilieu en waterbeleid.
|
06.07.2012 Dec. betr. het vervoer van gevaarlijke goederen over de binnenwateren
Min.-President van de Vlaamse regering en Vlaams minister van Economie,
Vlaams Min. van Mobiliteit en Openbare Werken, CREVITS Hilde *
Dit decreet voorziet enerzijds in de gedeeltelijke omzetting, met betrekking tot het vervoer van gevaarlijke goederen over de binnenwateren, van de Richtlijn 2008/68/EG van 24.09.2008 betreffende het vervoer van gevaarlijke goederen over land en anderzijds in de gedeeltelijke omzetting met betrekking tot het vervoer van gevaarlijke goederen over de binnenwateren van Richtlijn 2010/61/EG van 02.09.2010 tot eerste aanpassing van de bijlagen bij Richtlijn 2008/68/EG betreffende het vervoer van gevaarlijke goederen over land aan de wetenschappelijke en technische vooruitgang.
B.S.,01.08.2012,V.182,(247),45514-45515
Publicatie van de projectgebieden van de ontvankelijk verklaarde
aanvraagdossiers in het kader van de 'Oproep inzake het indienen van een
aanvraag tot onderhandelingen omtrent de totstandkoming van een
brownfieldconvenant' d.d. 15.03.2012
Min.-President van de Vlaamse regering en Vlaams minister van Economie,
Buitenlands Beleid, Landbouw en Plattelandsbeleid, PEETERS Kris *
Conform het brownfielddecreet en ingevolge de beslissing van de
Vlaamse Regering 20.07.2012 in verband met de ontvankelijkheid van de
aanvraagdossiers voor 14 brownfieldprojecten, wordt bij deze de afbakening
van deze 14 projectgebieden in het Belgisch Staatsblad gepubliceerd.
B.S.,06.08.2012,V.182,(251),46162-46163+bijlagen 46164-46177
20.07.2012 BVR wijz. BVR 28.07.1995 tot vaststelling van de nadere regels
met betrekking tot het milieurapport en het gewestelijk milieubeleidsplan,
wat betreft de samenstelling van de stuurgroep
Vlaams Min. van Leefmilieu, Natuur en Cultuur, SCHAUVLIEGE Joke *
Het besluit dat de regels vaststelt met betrekking tot het
milieurapport en het gewestelijk milieubeleidsplan wordt aangepast. De
samenstelling van de stuurgroep van het milieurapport wordt gedelegeerd
naar de bevoegde minister en de termijn van twee jaar wordt geschrapt.
B.S.,07.08.2012,V.182,(252),46231
12.07.2012 MB tot bepaling van de datum van inwerkingtreding van art. 1
van BVR 23.03.2012 wijz. BVR 18.01.1995 betr. de organisatie van het
jachtexamen, van BVR 30.05.2008 betr. de jachtopeningstijden in het
Vlaamse Gewest voor de periode van 01.07.2008 tot en met 30.06.2013 en van
BVR 30.05.2008 houdende vaststelling van de voorwaarden waaronder de jacht
kan worden uitgeoefend
Vlaams Min. van Leefmilieu, Natuur en Cultuur, SCHAUVLIEGE Joke *
Art. 1 van het BVR 23.03.2012 (dat de bedragen van het
inschrijvingsgeld voor het jachtexamen aanpast) treedt in werking op
01.08.2012.
B.S.,07.08.2012,V.182,(252),46232
Department of the Environment for Northern Ireland / Seaport (NI) Ltd en
crts
Hof van Justitie EG, 20 oktober 2011, 4e K., nr. C-474/10
Art. 6, lid 3, van richtlijn 2001/42/EG vereist niet dat er een andere
te raadplegen instantie wordt opgericht of aangewezen, voor zover binnen
de instantie die normaliter wordt geraadpleegd inzake
milieuaangelegenheden en als te raadplegen instantie is aangewezen, wordt
voorzien in een zodanige functionele scheiding dat een administratieve
eenheid binnen die instantie beschikt over een werkelijke autonomie. Dat
houdt in dat zij beschikt over eigen administratieve middelen en personeel
om op objectieve wijze haar mening te geven over het plan of programma dat
door de instantie waartoe zij behoort, is voorgesteld.
Europese Commissie / Koninkrijk Spanje
Hof van Justitie EG, 24 november 2011, 4e K., nr. C-404/09
Door voor de bovengrondse mijnen vergunning te verlenen zonder aan de
verlening van desbetreffende vergunningen de voorwaarde te hebben
verbonden dat een beoordeling is verricht op grond waarvan de directe,
indirecte en cumulatieve effecten van de bestaande projecten voor
bovengrondse mijnbouw op passende wijze konden worden vastgesteld,
beschreven en geëvalueerd, is het Staat de verplichtingen niet nagekomen
die op hem rusten krachtens richtlijn 85/337/EEG betreffende de
milieueffectbeoordeling van bepaalde openbare en particuliere
projecten.
De prejudiciële vraag betr. de art. 35bis tot 35viciessemel van de wet
26.03.1971 op de bescherming van de oppervlaktewateren tegen
verontreiniging
Grondwettelijk Hof, 28 juni 2012, arrest nr. 87/2012
De art. 35bis tot 35viciessemel van de wet 26.03.1971 op de
bescherming van de oppervlaktewateren tegen verontreiniging schenden, wat
de in art. 35quinquies bedoelde heffingsplichtigen betreft, de art. 10 en
11 van de Grondwet, niet in de interpretatie dat zij niet in de
mogelijkheid voorzien aan de heffingsplichtigen een vrijstelling, geheel
of gedeeltelijk, dan wel een vermindering van de heffing te verlenen
wanneer water buiten elk productie- of verwerkingsproces in het milieu
wordt ingebracht.
B.S.,23.08.2012,V.182,(266),49602-49604
Genovaite Valciukiene en crts / Pakruojo rajono savivaldybe en crts
Hof van Justitie EG, 22 september 2011, 4e K., nr. C-295/10
Het hof verklaart dat art. 3, lid 5, van richtlijn 2001/42/EG
betreffende de beoordeling van de gevolgen voor het milieu van bepaalde
plannen en programma's gelezen in samenhang met art. 3, lid 3, hiervan, in
die zin moet worden uitgelegd dat het in de weg staat aan een nationale
wettelijke regeling die op een zo algemene wijze en zonder onderzoek per
individueel geval bepaalt dat wanneer in de plannen die het gebruik van
kleine gebieden op lokaal niveau bepalen wordt verwezen naar slechts één
voorwerp van economische activiteit, er geen beoordeling overeenkomstig
die richtlijn behoeft te worden uitgevoerd.
19.07.2012 KB waarbij de overstromingen die hebben plaatsgevonden van 6
tot 17.01.2011 op het grondgebied van de provincies Henegouwen, Luik,
Namen en Waals-Brabant als een algemene ramp wordt beschouwd en waarbij de
geografische uitgestrektheid van deze ramp wordt afgebakend
Vice-Eerste Min. en Min. van Binnenlandse Zaken en Gelijke Kansen, MILQUET
Joëlle *
De overstromingen die hebben plaatsgevonden van 6 tot 17.01.2011, op
het grondgebied van de provincies Henegouwen, Luik, Namen en Waals-Brabant
worden beschouwd als een algemene ramp. Dit besluit bepaalt de
geografische uitgestrektheid van de ramp.
B.S.,08.08.2012,V.182,(253),46341-26342
19.07.2012 KB waarbij de overvloedige regenval die heeft plaatsgevonden op
28.06.2011 op het grondgebied van de provincies Vlaams-Brabant,
Waals-Brabant, Antwerpen, Oost-Vlaanderen, Luik en Namen als een algemene
ramp wordt beschouwd en waarbij de geografische uitgestrektheid van deze
ramp wordt afgebakend
Vice-Eerste Min. en Min. van Binnenlandse Zaken en Gelijke Kansen, MILQUET
Joëlle *
De overvloedige regenval die heeft plaatsgevonden op 28.06.2011 op het
grondgebied van de provincies Vlaams-Brabant, Waals-Brabant, Antwerpen,
Oost-Vlaanderen, Luik en Namen wordt beschouwd als een algemene ramp. Dit
besluit bepaalt de geografische uitgestrektheid van de ramp.
B.S.,08.08.2012,V.182,(253),46342-46343
19.07.2012 KB waarbij de overvloedige regenval die heeft plaatsgevonden op
21.07.2011 op het grondgebied van het administratief arrondissement
Brussel-Hoofdstad als een algemene ramp wordt beschouwd en waarbij de
geografische uitgestrektheid van deze ramp wordt afgebakend
Vice-Eerste Min. en Min. van Binnenlandse Zaken en Gelijke Kansen, MILQUET
Joëlle *
De overvloedige regenval die heeft plaatsgevonden op 21.07.2011 op het
grondgebied van het administratief arrondissement Brussel-Hoofdstad wordt
beschouwd als een algemene ramp. Dit besluit bepaalt de geografische
uitgestrektheid van de ramp.
B.S.,08.08.2012,V.182,(253),46343-46344
19.07.2012 KB wijz. KB 12.05.2011 waarbij de overvloedige regenval die
heeft plaatsgevonden op 23 en 24.10.2010 op het grondgebied van de
provincie West-Vlaanderen als een algemene ramp wordt beschouwd en waarbij
de geografische uitgestrektheid van deze ramp wordt afgebakend
Vice-Eerste Min. en Min. van Binnenlandse Zaken en Gelijke Kansen, MILQUET
Joëlle *
De overvloedige regenval die heeft plaatsgevonden op 23 en 24.10.2010
op het grondgebied van de provincie West-Vlaanderen werd erkend als een
'algemene ramp' door het KB 10.09.2010. Dit besluit wijzigt de
geografische uitgestrektheid van de ramp door de gemeente Damme toe te
voegen aan de lijst van de betrokken gemeenten.
B.S.,08.08.2012,V.182,(253),46346-26347
19.07.2012 KB wijz. KB 14.09.2011 waarbij de hevige sneeuwval die heeft
plaatsgevonden gedurende de maand december 2010 op het grondgebied van de
provincies Vlaams-Brabant, Waals-Brabant, Antwerpen, Oost-Vlaanderen,
Henegouwen, Luik, Limburg, Luxemburg en Namen als een algemene ramp wordt
beschouwd en waarbij de geografische uitgestrektheid van deze ramp wordt
afgebakend
Vice-Eerste Min. en Min. van Binnenlandse Zaken en Gelijke Kansen, MILQUET
Joëlle *
De hevige sneeuwval die heeft plaatsgevonden gedurende de maand
december 2010 op het grondgebied van de provincies Vlaams-Brabant,
Waals-Brabant, Antwerpen, Oost-Vlaanderen, Henegouwen, Luik, Limburg,
Luxemburg en Namen werd erkend als een 'algemene ramp' door het KB
14.09.2011. Dit besluit wijzigt de geografische uitgestrektheid van de
ramp door nieuwe gemeenten toe te voegen aan de lijst van de betrokken
gemeenten.
B.S.,08.08.2012,V.182,(253),46347-46348
19.07.2012 KB wijz. KB 10.10.2011 waarbij de overvloedige regenval die
heeft plaatsgevonden op 18.08.2011 op het grondgebied van de provincies
Antwerpen, Luik, Limburg, Oost-Vlaanderen, Vlaams-Brabant, Waals-Brabant
en het administratief arrondissement Brussel-Hoofdstad als een algemene
ramp beschouwd wordt en waarbij de geografische uitgestrektheid van deze
ramp wordt afgebakend
Vice-Eerste Min. en Min. van Binnenlandse Zaken en Gelijke Kansen, MILQUET
Joëlle *
De overvloedige regenval die heeft plaatsgevonden op 18.08.2011 op het
grondgebied van de provincies Antwerpen, Luik, Limburg, Oost-Vlaanderen,
Vlaams-Brabant, Waals-Brabant en het administratief arrondissement
Brussel-Hoofdstad werd erkend als een 'algemene ramp' door het KB
14.09.2011. Dit besluit wijzigt de geografische uitgestrektheid van de
ramp door nieuwe gemeenten toe te voegen aan de lijst van de betrokken
gemeenten.
B.S.,08.08.2012,V.182,(253),46348-46349
Commission européenne / République française
Cour Just. Comm. Eur., 1 décembre 2011, 8e Ch., n° C-515/10
La cour déclare que les déchets d'amiante-ciment doivent, en tout
état de cause, être qualifiés de 'matériaux de construction
contenant de l'amiante', qui eux, s'ils ne sont pas dirigés vers une
décharge pour déchets dangereux, ne sont admis, conformément au point
2.3.3 de l'annexe de la décision 2003/33 et à supposer que les
conditions fixées par ladite disposition soient remplies, que dans des
décharges pour déchets non dangereux.
Dimos Peramatos / Commission européenne
Trib. première instance Comm. Eur., 12 octobre 2011, 1e Ch., n° T-312/07
Le droit de se prévaloir du principe de protection de la confiance
légitime est ouvert à tout opérateur économique à l'égard duquel une
institution, en lui fournissant des assurances précises, a fait naître
des espérances fondées. En l'espèce, la Commission n'a jamais laissé
entendre à l'autorité subsidiée que le montant de la subvention serait
définitivement acquis sans effectuer les contrôles techniques et
comptables requis. L'obligation de reforestrer est une obligation de
résultat.
20.07.2012 BVR wijz. diverse bepalingen van het BVR 24.11.2000 betr. de
steun aan de investeringen en aan de installatie in de landbouw
Min.-President van de Vlaamse regering en Vlaams minister van Economie,
Buitenlands Beleid, Landbouw en Plattelandsbeleid, PEETERS Kris *
Dit besluit past de reglementering over de steunmaatregelen aan de
investeringen en aan de installatie in de landbouw aan. De wijzigingen
zijn noodzakelijk om budgettaire redenen, maar ook om het verschil met het
economisch ondersteuningsbeleid weg te werken, om nieuwe behoeften op het
vlak van dierenwelzijn en leefmilieu te ondersteunen, enkele begrippen en
voorwaarden te preciseren en om bij afwezigheid van 30%
EU-medefinanciering selectief te kunnen overschakelen op staatssteun.
B.S.,09.08.2012,V.182,(254),46507-46508+bijlagen 46509-46514
DE SERANNO Ronny / Vlaamse Gewest
R.v.St., 15 december 2011, 7e K., nr. 216849
Milieuvergunningsaanvragen moeten ook worden getoetst aan de geldende
ruimtelijke en planologische voorschriften. In deze zaak kreeg een buurman
gelijk in zijn strijd tegen de de milieuvergunning voor de toevoeging van
een mestverwerkingsinstallatie aan een nabijgelegen varkenshouderij op
grond van de geldende planologische voorschriften.
20.07.2012 BVR wijz. diverse bepalingen van het BVR 24.03.1993 tot
vaststelling van de modaliteiten voor de subsidiëring van de aankoop van
apparatuur voor geluidsmetingen door provincie- en gemeentebesturen
Vlaams Min. van Leefmilieu, Natuur en Cultuur, SCHAUVLIEGE Joke *
Dit besluit beoogt de subsidie voor klasse 1 sonometers uit te
breiden voor politiezones. Daarnaast wordt een subsidie voorzien voor de
aankoop van klasse 2 sonometers door gemeenten en provincies die de meters
ter beschikking kunnen stellen van lokale verenigingen.
B.S.,10.08.2012,V.182,(255),46701-46703
Code van goede praktijk voor oriënterend bodemonderzoek, beschrijvend
bodemonderzoek en risicoanalyse voor asbestverontreiniging
TOUCHANT Kaat
VAN GUCHT Annelies
VAN GESTEL Griet
Dit boek bespreekt de onderzoeksstrategie voor bodemonderzoek naar
asbest bodem.
Mechelen:OVAM,2012,64 p.
www.ovam.be - Geraadpleegd op 10.08.2012
06.07.2012 BVR wijz. BVR 12.12.2008 tot uitvoering van titel XVI van dec.
05.04.1995 houdende algemene bepalingen inzake het milieubeleid
Vlaams Min. van Leefmilieu, Natuur en Cultuur, SCHAUVLIEGE Joke *
Dit besluit laat de gewestelijke entiteit toe om aan de overtreder een
voorstel tot betaling van een geldsom ingeval van milieumisdrijven en
milieu-inbreuken te doen.
B.S.,13.08.2012,V.182,(256),47037
MOLLER Niels / Haderslev Kommune
Hof van Justitie EG, 15 december 2011, 8e K., nr. C-585/10
De uitdrukking 'plaatsen voor zeugen' in punt 6.6, sub c, van
bijlage I bij richtlijn 96/61/EG inzake geïntegreerde preventie en
bestrijding van verontreiniging moet aldus worden uitgelegd dat zij mede
de plaatsen voor gelten (reeds gedekte vrouwelijke varkens, maar die nog
niet hebben geworpen) omvat.
09.07.2012 MB wijz. diverse bepalingen van MB 11.06.2008 betr. het sluiten
van beheersovereenkomsten en het toekennen van vergoedingen ter uitvoering
van Verordening (EG) nr. 1698/2005 van de Raad van 20.09.2005 inzake steun
voor plattelandsontwikkeling
Vlaams Min. van Leefmilieu, Natuur en Cultuur, SCHAUVLIEGE Joke *
Diverse bepalingen van het MB 11.06.2008 betreffende het sluiten van
beheersovereenkomsten en het toekennen van vergoedingen ter uitvoering van
Verordening (EG) nr. 1698/2005 inzake steun voor plattelandsontwikkeling
worden gewijzigd. Het betreft met name de beheerspakketten met betrekking
tot soortenbescherming.
B.S.,14.08.2012,2e uitgave,V.182,(258),48145-48146
De prejudiciële vraag betr. art. 54 van de wet 12.07.1973 op het
natuurbehoud
Grondwettelijk Hof, 19 april 2012, arrest nr. 55/2012
In de interpretatie dat de houder van een regelmatig uitgereikte
stedenbouwkundige vergunning die geen zakelijk recht heeft op het perceel
waarop het bouwverbod volgend uit een definitieve aanwijzing als beschermd
duingebied betrekking heeft, geen compensatie kan verkrijgen voor de door
hem gemaakte kosten ter realisatie van de bestemming van dat perceel, is
art. 54 van de wet 12.07.1973 op het natuurbehoud discriminerend.
B.S.,14.08.2012,2e uitgave,V.182,(258),48184-48186
29.06.2012 Omz. LNE 2012/1 - Milderende maatregelen voor geuremissies die
afkomstig zijn van bestaande varkens- en pluimveestallen in Vlaanderen
Vlaams Min. van Leefmilieu, Natuur en Cultuur, SCHAUVLIEGE Joke *
Deze omzendbrief heeft tot doel om de actuele en economisch haalbare
technische en organisatorische maatregelen, ter beperking van de
geuremissie bij bestaande varkens- en pluimveestallen, op te lijsten. Deze
vormt een beoordelingskader voor de vergunningverlenende overheden zodat
de uniforme behandeling van (her)vergunningsaanvragen van varkens- en
pluimveehouderijen over de provincies heen bevorderd wordt en de
rechtszekerheid van de betrokken landbouwers gegarandeerd is.
B.S.,16.08.2012,V.182,(259),48363-48371
04.06.2012 V. nr. 535 (Vl. P.): Historische vervuiling - Vaststelling
saneringsplicht
HENDRICKX Marc
Vlaams Min. van Leefmilieu, Natuur en Cultuur, SCHAUVLIEGE Joke *
Er zijn een aantal onderzoeksmomenten vastgelegd in het
Bodemsaneringsdecreet. Deze zijn onafhankelijk van de verwachte ouderdom
van de bodemverontreiniging maar zijn gelinkt aan het feit of er al dan
niet risico-inrichtingen op de betreffende grond aanwezig zijn of waren.
Daarnaast kan de OVAM te allen tijde ambtshalve een oriënterend
bodemonderzoek (OBO) uitvoeren (art. 37 van het Bodemsaneringsdecreet).
Een ambtshalve OBO kan uitgevoerd worden bij het in gebreke blijven van de
plichtige, bij sites (onder andere woonzones) of indien er bepaalde
aanwijzingen zijn van bodemverontreiniging. Ten slotte kan er altijd
vrijwillig een OBO uitgevoerd worden. De juridische basis voor
vrijstelling van saneringsplichtig voor een historische
bodemverontreiniging ligt bij art. 23 en 110 van het Bodemsaneringsdecreet
en art. 50 tot 54 van het VLAREBO.
Websitebulletin Vragen en Antwoorden Vlaams Parlement - Zitting 2011-2012
www.vlaamsparlement.be
Milieuvergunningen - Een praktisch handboek
CROMBE B.
DAUWE E.
PROVOOST V.
Het boek handelt over de procedure van de milieuvergunningsaanvraag.
Daarnaast worden ook de rol en de bevoegdheden van de gemeentelijke
milieudienst in het vergunningsproces onder de loep genomen.
Brugge:Vanden Broele,(Vlaamse Milieureglementering),2012,343 p.
21.05.1992 Verordening (EG) nr. 1973/92 inzake de oprichting van een
financieel instrument voor het milieu (Life)
Raad van de Europese Gemeenschappen
Deze verordening richt een financieel instrument voor het milieu
('Life') op. Dit instrument heeft tot doel om bij te dragen tot de
ontwikkeling en de uitvoering van het beleid en de wetgeving van de
Gemeenschap op milieugebied.
Publ.E.G.,12.07.1992,L181/1-4+bijlage 5-6
Website Vlario: Het overlegplatform & kenniscentrum voor riolerings- en
afvalwaterzuiveringssector in Vlaanderen
Vlario vzw
De website van VLARIO bevat onder andere modellen om een bestek op te
maken voor het reinigen van rioleringen. Daarnaast is er ook een Code van
goed onderhoud van rioleringen. De organisatie zelf organiseert ook
opleidingen en studiedagen.
www.vlario.be - Geraadpleegd op 23.08.2012
Vlaams Omgevingsrecht
LARMUSEAU I.
et al.
Het doel van dit boek bestaat erin het Vlaams omgevingsrecht (waarin
het milieuhygiënerecht, het ruimtelijk bestuursrecht, het
natuurbeschermingsrecht en het waterrecht worden samengebracht) op
hoofdlijnen te ontsluiten voor het Nederlands taalgebied. Dit kan er dan
weer voor zorgen dat het (Europees getint) Nederlands en Vlaams
omgevingsrecht elkaar ergens zullen ontmoeten.
Brugge:Vanden Broele,(Onze omgeving),2012,[paginering onbekend]
Wetboek Vlaams Omgevingsrecht
LARMUSEAU I.
et al.
De meest geconsulteerde wetteksten van het milieuhygiënerecht, het
ruimtelijk bestuursrecht, het natuurbeschermingsrecht en het waterrecht
worden samengebracht in dit boek.
Brugge:Vanden Broele,(Onze omgeving),2012,784 p.
De Vlaamse Omgevingsvergunning 2 - Studies over natuurbehoud en
milieuhygiëne, de geldingsduur van de milieuvergunning, de Europese
Richtlijn Industriële Emissies
LARMUSEAU I.
Deze tweede uitgave in de reeks 'De Vlaamse
Omgevingsvergunning' handelt over enkele cruciale
omgevingsvergunningsthema's: de juridische raakvlakken tussen het
natuurbehoud en de milieuhygiëne, de geldingsduur van de milieuvergunning
in Nederland en Vlaanderen, de uitdagingen van de Europese Richtlijn
Industriële Emissies en de ruimtelijke structuurplannen.
Brugge:Vanden Broele,2012,159 p.
Les charges d'urbanisme 'compensatoires': limites et évolutions récentes
van YPERSELE Joël
L'article fait le point sur l'évolution du concept de charges
d'urbanisme. L'auteur s'intéresse plus particulièrement à
l'instauration d'un mécanisme de charges d'urbanismes compensatoires,
autorisant l'imposition de charges externes au projet visant à compenser
le dommage urbanistique ou environnemental qu'il génère. Selon lui, la
principale difficulté posée par la mise en oeuvre d'un tel mécanisme
porte sur la définition de la nature du dommage justifiant une
compensation.
Amén.,juin 2012,(3),63-70
Compenser le préjudice écologique: ressources et limites de la
responsabilité civile
THUNIS Xavier
Cette contribution étudie la portée de la compensation en droit de
la responsabilité civile et évalue son rôle dans la réparation du
préjudice écologique, en comparant notamment les jurisprudences belge et
française. L'auteur examine aussi la notion de compensation en matière
de troubles de voisinage.
Amén.,juin 2012,(3),81-96
CARLIER Philippe et crts / Gouverneur de la province de Hainaut
Cons. Etat, 18 octobre 2011, 6e Ch., n° 215830
Le Conseil d'Etat suspend, selon la procédure d'extrême urgence,
l'exécution des décisions prises par le gouverneur qui porte
réquisition de plusieurs travailleurs-grévistes pour assurer les
prestations minimales au sein d'une usine classée SEVESO. En l'espèce,
le gouverneur ne justifie pas en quoi la présence de chacun de ces
travailleurs-réclamants est indispensable au sein de l'usine, étant
donné que la surveillance et la maintenance des machines sont déjà
assurées par des 'employés-cadres-contractants'. La motivation
est donc inadéquate. De plus, le gouverneur les prive illégalement du
droit de grève.
Droit de l'environnement de l'Union européenne
THIEFFRY Patrick
Cet ouvrage consacré au droit européen de l'environnement fournit
notamment une synthèse des nouvelles mesures de droit européen qui
permettent de concilier les objectifs économiques et
environnementaux.
Bruxelles:Bruylant,2011,2e éd.,1336 p.
|