221999 | 04.05.2007 V. nr. 440 (Vl. P.): Inning polder- en wateringbelasting - Klantvriendelijkheid
HOEBEKE Anne Marie
Vlaams Min. van Openbare Werken, Energie, Leefmilieu en Natuur, PEETERS Kris

V. en A. Vl.P., juni 2007,2006-2007, (9), 571-572

De Polderwet en de wet op de Wateringen, voorzien dat een legger wordt opgemaakt van al de in de polder of watering gelegen erven. Die legger wordt bijgehouden en jaarlijks, binnen de eerste zes maanden, door het bestuur herzien.

Het tijdstip waarop die verrichting plaats heeft, wordt door het bestuur van de polder of watering ter kennis gebracht van de ingelanden. Gedurende die tijd kunnen de ingelanden de legger inzien en opmerkingen maken. Binnen de acht dagen na die herziening wordt hiervan verslag gedaan aan de gouverneur van de provincie. Komt het bestuur van de polder of watering deze verplichtingen niet na, dan kan de bestendige deputatie aan de bewaarder van het kadaster opdracht geven de legger op kosten van de polder of watering op te maken en vast te stellen. De bestendige deputatie is te allen tijde gerechtigd de in de legger vastgestelde vergissingen te doen herstellen. De eigenaars en mede-eigenaars hebben als ingelanden dus inzagerecht in de fase van definitieve opmaak van de legger. Zij kunnen in die fase concreet nazien of de gegevens die betrekking hebben op hun goederen correct opgenomen zijn. Ondanks die mogelijkheid tot inzage en formuleren van bemerkingen voor definitieve vastlegging van de legger, blijkt dat er in latere fasen bij het gebruik van die legger als basis voor de berekening van de polderbelasting toch nog aanvullende bemerkingen geformuleerd worden. Een definitief vastgelegde lijst van ingelanden bde minister voorstellen voor de herziening van de wet op de Polders en de wet op de Wateringen voorbereiden. Daarbij wordt de problematiek van efficiƫntie van inning van de belasting meegenomen.