329414 | 16.05.2019 Ordonnantie houdende het beheer en de bescherming van onbevaarbare waterlopen en vijvers
Min. bevoegd voor Huisvesting, Levenskwaliteit, Leefmilieu en Energie van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, FREMAULT CĂ©line *

BS 2019-06-28, V. 189, (144), 66308-66317

Deze ordonnantie organiseert het beheer en de bescherming van de onbevaarbare waterlopen en vijvers. Het voorziet onder andere in verplichtingen voor de betrokken gemeenten (waar de waterloop doorheen loopt of op wier grondgebied het beheer van de waterloop een impact kan hebben) in hun hoedanigheid van beheerder. Het voorziet in wijzigingen van het BWRO wat onder meer betreft Leefmilieu Brussel.

De onbevaarbare waterlopen worden onderverdeeld in twee categorieën: de geklasseerde onbevaarbare waterlopen en de niet-geklasseerde onbevaarbare waterlopen.

Het klasseringsbesluit, het aanwijzingsbesluit van de gewestelijke vijvers alsook de eventuele herziening ervan zijn van tevoren onderworpen aan een openbaar onderzoek in de betrokken gemeenten.

De Regering keurt ook de Atlas van het hydrografisch netwerk van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest goed en houdt deze up-to-date. Dit is ook van tevoren onderworpen aan een openbaar onderzoek in de betrokken gemeenten.

Worden uitgevoerd door Leefmilieu Brussel of door de betrokken gemeente in hun hoedanigheid van beheerder:

  • De onderhouds- en kleine herstellingswerken aan de geklasseerde onbevaarbare waterlopen;
  • De onderhoudswerken die een herstel van de vrije doorstroom van het water van een onbevaarbare geklasseerde waterloop doorheen een kunstwerk beogen, waarvan hij of ze geen eigenaar is;
  • De buitengewone werken aan de geklasseerde onbevaarbare waterlopen.

Elke privaatrechtelijke of publiekrechtelijke persoon mag Leefmilieu Brussel of de betrokken gemeente verzoeken buitengewone werken uit te voeren wanneer dit nodig blijkt. De aankopen van onroerende goederen die nodig zouden zijn voor de uitvoering van die werken, kunnen verricht worden bij uitoefening van een voorkooprecht of door middel van een onteigening om redenen van openbaar nut. De gemeenten kunnen hiertoe overgaan en dienen, om de bedoelde onteigeningen uit te voeren, in het bezit zijn van een door de Regering goedgekeurd onteigeningsplan.

De dringende onderhouds- en kleine herstellingswerken die nodig zijn voor de onmiddellijke veiligheid van de goederen en personen alsook de voorzorgsmaatregelen die getroffen moeten worden om elk gevaar te voorkomen, worden uitgevoerd door de betrokken gemeenten in overeenstemming met de art. 123, 11° en 135 NGW.

Verbodsbepalingen en strafrechtelijke sancties worden voorzien.

Het Brussels Instituut voor Milieubeheer (BIM) moet geraadpleegd worden wanneer de aanvraag voor stedenbouwkundige vergunning afgeleverd door het college van burgemeester en schepenen of door de gemachtigde ambtenaar betrekking heeft op handelingen en werken waarvoor uit het milieueffectenstudie of -rapport blijkt dat ze een invloed kunnen hebben op de ecologische en/of hydraulische kwaliteit van een onbevaarbare waterloop en/ of een gewestelijke vijver in de zin van deze ordonnantie (wijziging art. 126 en 177 BWRO).

De ordonnantie geeft de mogelijkheid aan Leefmilieu Brussel om gebruik te maken van een recht op voorkoop op onroerende goederen die in de onmiddelijke nabijheid van een waterloop gelegen zijn, om het hydrografische netwerk te herstellen of de overstromingsrisico's te voorkomen (wijziging art. 259 BWRO).

Worden ook gewijzigd:

  • ordonnantie van 25.03.1999 houdende het Wetboek van inspectie, preventie, vaststelling en bestraffing van milieumisdrijven, en milieuaansprakelijkheid (art. 2 en 5);
  • ordonnantie van 18.03.2004 betreffende de milieueffectenbeoordeling van bepaalde plannen en programma’s (art. 30).

Worden opgeheven:

  • de wet 28.12.1967 betreffende de onbevaarbare waterlopen (zie doc. nr. 27271);
  • het KB 11.10.1954 tot goedkeuring van het reglement op de onbevaarbare waterlopen van de Provincie Brabant van 08.10.1954;
  • het KB 29.11.1968 houdende vaststelling van de procedure bij de onderzoeken de commodo et incommodo en verhalen voorgeschreven door de wet 28.12.1967 betreffende de onbevaarbare waterlopen (zie doc. nr. 27749);
  • het KB 30.09.1969 houdende bepaling van de punten vanaf waar de onbevaarbare waterlopen in de eerste categorie gerangschikt zijn;
  • het KB 05.08.1970 houdende algemeen politiereglement van de onbevaarbare waterlopen (zie doc. nr. 27599);
  • het MB 17.10.1970 houdende aanwijzing van de ambtenaren van het Rijk en van de provinciën, die het recht hebben de bij de art. 20 en 23 van de wet 28.12.1967 betreffende de onbevaarbare waterlopen bedoelde overtredingen op te sporen en bij middel van processen-verbaal vast te stellen (zie doc. nr. 224816).