42644 | 19.06.1992 V. nr. 173 (Vl. R.): Vogelrichtlijngebieden - Maatregelen voor vogelstand en biotopen
APPELTANS Laurent
Vlaams min. van Leefmilieu en Huisvesting, DE BATSELIER Norbert

V. en A., Vl. R., 03.08.1992,1992(BZ), (10), 390-391

Er werden diverse maatregelen getroffen voor de bescherming van de bij besluit van de Vlaamse Executieve van 17.10.1988 aangewezen speciale beschermingszones voor vogels.
Vooreerst, overeenkomstig de principes vervat in verschillende arresten van het Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen, alle overheden (nationale, regionale of lokale oveheden) bij de toepassing van de bevoegdheden die hun zijn toegewezen rekening moeten houden met de algemene bepalingen van art. 4.4 van de richtlijn 79/409/EEG dat de lidstaten verplicht de passende maatregelen te nemen om de vervuiling en verslechtering van de woongebieden van vogels in de speciale beschermingszones te voorkomen en om te verhinderen dat de vogels daar zouden worden gestoord, voor zover deze vervuiling, verslechtering of verstoring van wezenlijke invloed is op de bescherming van de vogels.
Dit houdt onder meer in dat bij de uitvoering van wetten en decreten die van rechtstreeks belang kunnen zijn voor het behoud van de vogelstand, zoals de wet op het natuurbehoud, het bosdecreet, het jachtdecreet, de wetgeving op de ruimtelijke ordening, de landinrichting, de ruilverkaveling en het beheer van de oppervlaktewateren, door de bevoegde overheid maatregelen moeten worden getroffen om te voldoen aan de in het voorgaande lid vermelde verplichting. Wat het leefmilieu en het natuurbehoud betreft, werden reeds een aantal maatregelen getroffen:

  • - Bij BVE van 23.03.1989 houdende bepaling van de categorieën van werken en handelingen, andere dan hinderlijke inrichtingen, waarvoor een milieueffectenrapport (MER) is vereist voor de volledigheid van de aanvraag tot bouwvergunning, wordt voor de volledigheid van de aanvraag een MER vereist voor de aanleg van een hoofdtransportleiding en van ruilverkavelings- en/of landinrichtingsprojecten in een vogelbeschermingsgebied aangewezen conform de richtlijn 79/409/EEG;
  • - Art. 6 van het jachtdecreet van 24.07.1991 bepaalt dat geen vergunningen voor de jacht 's nachts op eenden kunnen worden toegestaan in de vogelrichtlijngebieden;
  • - Art. 2 van BVE van 04.12.1991 tot instelling van een vergunningsplicht voor de wijziging van vegetatie en van lijn- en puntvormige elementen, bepaalt onder meer dat dit besluit van toepassing is binnen de perimeter van de bijzondere beschermingszones voor vogels aangewezen in uitvoering van de richtlijn 79/409/EEG;
  • - Art. 10, par. 1, 3° van BVE van 03.06.1991 tot vaststelling van de opening en de sluiting van de jacht in het Vlaamse Gewest voor het seizoen 1992-1993 verbiedt de jacht op smient en wintertaling in de speciale beschermingszones voor vogels aangewezen in uitvoering van voormelde richtlijn;
  • - Op 02.05.1992 werd een rondschrijven gericht aan de besturen van de polders en de wateringen waarin werd gewezen op de bindende beleidsdoelstellingen inzake milieu en natuurbehoud die o.m. in de richtlijn 79/409/EEG vervat zijn en waarin werd gesteld dat de polders en de wateringen bij de uitoefening van hun wettelijke opdracht rekening moeten houden met de integratie van de natuurbehoudsdoelstellingen in hun beleid.
De ambtenaren van de Vlaamse Gemeenschap bevoegd voor het natuurbehoud wijzen in hun adviezen betreffende vergunningsaanvragen de lokale en provinciale overheden regelmatig op de noodzaak de vogelstand in de speciale beschermingszones te vrijwaren en, zo nodig, geen vergunning te verlenen voor bepaalde handelingen of constructies.

nvdr: Richtlijn 79/409/EEG van 02.04.1979 inzake het behoud van de vogelstand werd opgeheven door richtlijn 2009/147/EG van 30.11.2009 het behoud van de vogelstand (zie doc. nr. 244208).

nvdr: Het BVE 23.03.1989 houdende organisatie van de milieu-effectbeoordeling van bepaalde categorieën van hinderlijke inrichtingen wordt opgeheven door het BVR 19.11.2010 tot vaststelling van het Vlaams reglement inzake erkenningen met betrekking tot het leefmilieu (VLAREL) (zie doc.nr. 253340).

nvdr: Het BVE 23.03.1989 houdende bepaling voor het Vlaamse Gewest van de categorieën van werken en handelingen, andere dan hinderlijke inrichtingen, waarvoor een milieu-effectrapport is vereist voor de volledigheid van de aanvraag om bouwvergunning wordt opgeheven door het BVR 19.11.2010 tot vaststelling van het Vlaams reglement inzake erkenningen met betrekking tot het leefmilieu (VLAREL) (zie doc. nr. 253340). nvdr: het BVE 04.12.1991 (het vegetatiebesluit) werd vernietigd door een arrest van de Raad van State van 09.05.1996 en vervangen door het BVR 16.07.1996 dat op zijn beurt werd opgeheven door het BVR 23.07.1998 (zie doc. nr. 137499).